Ode aan de Ouwe Peer

Hij was er, lang voor wij er waren
Bejegen hem met groot respect
zoals dat hoort met wijze ouden
Zacht ruist hij zijn wijze woorden
aan wie het horen wil

Geen beeld doet recht aan zijn verhaal
geen palet raakt zijn schakeringen… in tinten perenboom
Zijn lagen tekenen de jaren
van zijn levenszelfportret
pas voltooid wanneer hij sterft
maar ook daarvoor neemt hij tijd

Zijn voeten reiken niet meer diep
wij wroetten in hun weg
Zo raakt hij uit z’n evenwicht

en torst zijn takkenlast
nu kromgebogen


Hoe prachtig is zijn oude huid
met diepe groeven ingelegd
beschermend om zijn perenbomenziel

En in diepe wonden van weleer
waar zijn hart is blootgelegd
biedt hij onderdak en troost
aan wie dat nodig heeft


Wie duidt beter ‘Oud en Nieuw”
dan de wijze oude peer?



Al meer dan honderd jaren lang
verrast hij elke lente weer
Met de prachtigste beloftes

aan nieuw leven

Ik houd van je, Ouwe Peer!

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

11 Stedentocht 1997! Wat een feest!

Wonen aan de 11 Steden route heeft zo z’n voordelen. Elke vorm van 11 Steden-tocht komt voorbij. Dus zie ik ze schaatsend (de enige échte natuurlijk), per (solar)boot, zeilend, suppend, zwemmend of per kano voorbij komen. En ook via de weg wordt de tocht gestept, gefietst of gewandeld.
Of gemotoriseerd per oldtimer, trekker  of motor.
Complete (meerdaagse) routes worden aangeboden door reisorganisaties om iedereen een beetje hét 11 Steden gevoel te geven. De tocht is inmiddels zo beroemd dat je nagenoeg kunt spreken van een pelgrimage, waarin de heldenstatus echter uitsluitend toegekend wordt aan de (inmiddels bijna mythische) winnaars van de échte tocht der tochten.

4 januari 1997
De dag dat de laatste Elfstedentocht (tot nu toe) werd geschaatst.
De 11 Steden-koorts sloeg al een aantal dagen eerder toe. Talloze telefoontjes van familie, vrienden, bekenden en totale vreemden met verzoek om logies óf, voor de deelnemers, een pleisterplaats.
De bedden waren snel bezet, maar voor sani- en culinaire pitstops van bevriende deelnemers konden we de deur wel open zetten.
We kregen ook een telefoontje van een collega van Y, die voor de blaaspoepersband (ben de naam vergeten) ergens uit de buurt van Hoorn een ruimte zocht waar de muzikanten een uitvalsbasis hadden. Ze waren welkom; ik ben gek op dweilorkesten!!

We waren vroeg uit de veren. De blaaspoepers zouden om 5 uur ’s ochtends arriveren. We stookten de oude petroleumkachel in de werkplaats op, zodat man en instrument alle ruimte hadden en enigszins warm de dag konden beginnen.
Blaaspoepers zijn gewoon blije mensen! Ze hebben zin in een feestje en dat stralen ze uit. Superblij ook met hun ‘pied a terre’ gedurende deze dag! Nadat iedereen was omgekleed, werden de instrumenten gestemd en werd er vrolijk ingezet; ik genoot gelijk al volop!

We hadden voor iedereen koffie en sûkerbôle (suikerbrood), natuurlijk met een onvervalst Fries drankje: Berenburg! Onontbeerlijk om lijf en leden warm en soepel te houden.
Deelde uit en deed vrolijk mee; zonder me echt te realiseren hoe lang deze dag zou gaan duren…
— Rond achten in de ochtend had ik rubber benen… maar het liep nog! —

Mijn zus kwam met man en vrienden in alle vroegte uit het zuiden. Op de dag zelf!
Een hermetisch afgesloten stad was voor haar geen probleem; met een auto afgeladen met grote pannen échte erwtensoep voor voetvolk en deelnemers was vrije doorgang noodzakelijk.
Met haar onvolprezen charme overtuigde ze de politieagent dat lópen met zulke pannen onmogelijk was en onmiddellijk zwaaiden de dranghekken open!
En hadden wij aanvoer van snert, heel veel heerlijke, échte snert! Met de aantallen ‘reserveringen’ in  het hoofd hadden we ook enorme hoeveelheden Unox erwtensoep ingeslagen; alleen intimi, naaste familie en goede vrienden kregen échte (…)
De rest de overheerlijke blikvariant. En voor iedereen roggebrood.

De ochtend vloog voorbij. We keken tv, om de schaatsers te volgen op het eerste deel van de tocht (Leeuwarden – Sneek – IJlst –  Sloten – Stavoren – Hindeloopen en Workum) en al snel deden de eerste wedstrijdrijders Bolsward aan.
Die hadden geen tijd voor snert met roggebrood; stempelen en door!! Maar van harte aangemoedigd door duizenden fans en ‘onze’ blaaspoepers!!
Later kwamen de eerste toerrijders; ook zij namen nauwelijks tijd om te rusten.
Naarmate het niveau lager werd, werd de roep om rust en eten groter.
En werd het bij onze voordeur allengs drukker!

De meesten kwamen al ‘klunend’ (lopen met je schaatsen aan) binnen; vanaf het ijs toch zo’n 50 meter en drie treden naar de deur. Allen waren vrienden, of vrienden van vrienden, die grootmoedig ons adres als pleisterplaats hadden aanbevolen…
Het was geen tocht die je met twee vingers in de neus wel ‘even’ deed. De weersomstandigheden waren niet echt fijn. Maar, onthaald met water, warme snert, roggebrood en enthousiasme kwam de wil om te finishen bij de meesten al snel weer bovendrijven. Voor een enkeling was intensievere zorg nodig, maar we konden blijven rouleren zonder filevorming.
Dat duurde echter niet lang; voor we het wisten stond er een rij voor de voordeur!! Mijn zwager ging bij de voordeur staan; een ‘deurbeleid’ was onontbeerlijk! Van een QR code hadden we nog nooit gehoord, dus een mondelinge toets moest toegang verschaffen. Velen zagen de rij kluners en schoven ertussen, in de hoop op troost en voedsel. Het codewoord was ‘Y(oet)’; dat betekende dat ze écht wisten waar ze moesten zijn. Op een enkeling na, die illegaal mee naar binnen schoof, lukte het de aantallen behapbaar te houden en de zorg op maat!

Het was een heerlijke chaos in huis; de keuken stond vol nieuwkomers voor een helende hap, in beide kamers stonden, zaten of lagen mensen, al dan niet met schaatsen, bij te komen, te eten of drinken en weer anderen waren bezig zorg te bieden. Om beurten liepen we zelf even naar het ijs om sfeer te proeven! Het was geweldig!
Binnen stond de tv aan; zodat we op de hoogte bleven van wat er zich elders in Friesland afspeelde. Bizar was het, dat toen de wedstrijdrijders finishten, wij zelf niet bij onze tv konden komen!
De kamer zat vol!! Noodgedwongen keken wij op het tv’tje in de slaapkamer de bloedstollende finish, met Angenent als uiteindelijke winnaar!

De eerste stempelposten werden al gesloten en de schaatsers (vaak woedend) van het ijs gehaald (of met overtuiging geadviseerd te stoppen) Zij zouden de finish in Leeuwarden nooit meer voor 24.00 uur halen.
Langzaamaan werd bij ons de toestroom minder, maar waren er ook meer die besloten de schaatsen af te doen en op sokken de weldaad van warmte en gezelligheid te prefereren boven een barre tocht naar de finish op de Bonkefeart!

Voor mij was de kers op de taart van de hele dag, dat ’s middags ‘ons’ dweilorkest de tuin voor het huis kwam binnengelopen. Ze brachten een geweldige aubade aan ons en alle schaatsers die op dat moment nog hier waren. We klapten en dansten allemaal mee!!

Ik had geen meter geschaatst, maar aan het eind van de dag het gevoel alsof ik die 200 kilometer droog ‘in de benen’ had…
Alhoewel, droog…

Tsjoch!!

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

En hop, weer een jaar voorbij

Suffe SUV’s

Ik heb geen hekel aan Defenders. Helemaal wanneer ze in hun natuurlijke habitat voorkomen. Helaas is het percentage wat daadwerkelijk nog met de poten in de modder staat en doet waarvoor ze gemaakt zijn, bedroevend laag.
— overigens geldt hetzelfde voor de bestuurders —
Niet voor niks is er een speciale term voor dit fenomeen: de P.C. Hooft tractor. Wat niks minder betekent dat je een overkill aan power, omvang, dorst en dure sloffen inzet om te shoppen in een straat waar ruig terrein alleen in etalages te zien is.
Een trekker heet daar ook ineens tractor; een soort trieste adelstand voor de echte trekkers, die zich wijselijk distantiëren van dergelijk misbruik van genen.

Ik loop met ChéChé op de dijk — fijne plek als je even minder goed ter been bent; ik strompel m’n eigen tempo en hij kan er naar hartenlust rennen en spelen — Terug naar de auto lijn ik ‘m even aan omdat een hoge bult mijn zicht belemmerd en ik andere viervoeters en hun baasjes Ché’s mogelijke lompheid wil besparen.

Beter. Er nadert een man (in waxcoat en Dubarry laarzen) met twee jachthonden. Los. De jongste van het tweetal ontwaart ons, komt enthousiast aangestormd en nodigt Ché uit om mee te rennen. Aangezien ‘baasje’ op- noch omkijkt en zijn honden niet aanlijnt, besluit ik om Ché ook los te laten. Feestje!!

Inmiddels heeft de onbesuisde dame een dode vogel opgepakt en rent uitdagend voor Ché uit! Ze draagt haar prooi prachtig als volleerde apporteur; stevig en toch zacht.
Nu (ook) vogelgriep rondwaard, houd ik Ché uit de buurt van dode vogels. Hij weet het en loopt er met een boog omheen, maar zo’n geval in de bek van een mooie dame is meer dan aantrekkelijk.
Inmiddels nadert ook de baas van het stel met nog steeds 0 interesse in zijn honden of omgeving, laat staan in gevederde lijken die mogelijk zijn bezweken aan vogelgriep; hij loopt te bellen.
Loopt mij ook zonder meer voorbij, al lullend en met z’n aandacht elders.

— Néé, ik ga er niet meer op los. Zie het te vaak en word er zó witheet van —
Ché heeft lol en ik loop helemaal zen (…) verder.

Het kost mij, zonder enige medewerking van de bellende lul in waxcoat en Dubarry laarzen, best wel even moeite om Ché uit zijn staat van wilde adoratie te halen. Moet hem min of meer vangen wanneer zijn vriendin mij vriendelijk de dode vogel aanbiedt.
Lijn hem aan. Niet meer zen.
Loop naar de auto en ja hoor, daar staat ie: de Defender.
(Had het kunnen weten!) Natuurlijk in het gras geramd en met z’n voorwielen tot aan de as in de modder. “Niet mijn tuin!”, zal bellemans hebben gedacht toen hij zijn vierwiel aangedreven slurptrekker met teveel PK’s parkeerde.

Jeanette

PS, volgende week geen blog; beetje kerstvieren in (waarschijnlijk) strenge lockdown!
Blijf gezond en in contact, met jezelf en elkaar! Fijne dagen! X

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Stekdrang

Zit te mijmeren over mijn jubileum blog.
Hoe snel het gegaan is, hoe (best wel) veel en hoe ongelooflijk leuk.
Hoe ik in de loop van de tijd meer en meer bij mezelf kon blijven en stoppen met bedenken wie zich e-ven-tu-eel beledigd of geraakt zou voelen.
Stoppen met bedenken dat het voor iedereen alleen maar leuk moet zijn.
Vooral de gedichtjes belichtten ook de donkerder kant.

Begin te schrijven over vijf jaar blogplezier!

En ineens zie ik ze staan: mijn citroengeranium-stekjes…

Citroengeraniumstekjes

Wiebelige halfbruine stelen met frisgroen blad getooid. Het ziet er niet uit en ik vraag me af of het ooit wat wordt.
Is het ‘redden’ of niet kunnen ‘loslaten’? ‘Sauver’ versus ‘laissez faire’.  
Er staat een enorme, oeroude citroengeranium in de vensterbank.
Dankbaar, fris geurend en kleurend, maar absoluut monsterlijk. Te groot, vormloos en in een pot die zelfs buiten misstaat.
Dat weet ik, want hij heeft jaren buiten gestaan. Althans zomers. Noodgedwongen gedegradeerd tot vaste kamerplant; zomers werden ieniemienie eitjes onder het blad verstopt waaruit ’s winters vraatgrage rupsen kwamen. Resultaat: dikke rupsen en kale plant!!

Daar gaat het wringen: redden of loslaten?? Ga voor het eerste en daar staat ie nu; dankbaar, fris geurend en monsterlijk!
Wanneer het zicht naar buiten wordt belemmerd, neem ik hem ‘onder handen’. Een fikse snoeibeurt geeft licht en zicht.
Maar… ook allemaal groene ‘kindertjes’… — dus ga ik opnieuw om —
Ze krijgen allemaal een kans met hun pootjes in een laagje water. Sommigen geven de geest en dat is duidelijk; soort survival of the fittest in een woud van stekjes. De survivors staan nu in een pot. Wiebelige halfbruine stelen met frisgroen blad getooid.

Maar het vermeerderen van citroengeraniums valt in het niet bij mijn passie oleanders te kweken. De oleander is voor mij — net als de olijf, maar daar waag ik me (nog) niet aan — synoniem aan mediterrane sferen!!
Kleurenpracht en knoesterige hardheid doen mij de (extreme) giftigheid voor lief nemen.
Mijn eerste (gekochte) oleander tierde welig op een zonnige plek en kreeg prachtige zaaddozen.

Mijn vermeerderingsdrang deed zich gelden en twaalf zorgvuldig geselecteerde zaden kregen hun eigen pot.
Geduld           is          een          schone         zaak       
Na eindeloze ‘draagtijd’ had ik tien aarzelende oleanderbaby’s! Ik werd een overdreven koesterende oleander moeder en ging zelfs zo ver dat ik ze, in onze zomervakantie, naar een oleander pension bracht…

Mijn zus, wonend in het bijna mediterrane zuid Limburg, was altijd jaloers op mijn ‘oleander successen’. Waar ik in het immer winderige noorden kon pochen met rijke bloei, bleven haar oleanders ietwat ‘sutterig’ (Fries voor schraal).
Maar het kwam niet vanzelf; ik was min of meer oleander slaaf.
Bleef zeulen met potten. Tegen wind, vrieskou en andere bedreigingen. Van tuin naar hok, van hok naar bijkeuken en van bijkeuken naar een koele kamer; fases van acclimatiseren respecterend.  En in het voorjaar de hele route omgekeerd. Oleander-pamperen werd een levenswijze…
Bovendien neurotisch alert op losse oleander onderdelen; het zou mij niet gebeuren dat één van onze honden stierf aan een akelige oleander vergiftiging!

Toen las ik ergens dat je oleanders uitstékend kunt stekken (in tegenstelling tot mijn onwillige citroengeraniums)! Ben acuut afgekickt!
Cold turkey, zonder hulp.
Van de oorspronkelijke tien leeft nog één achterkind; de fittest, die zich heeft aangepast aan mijn laissez faire regime en alle elementen zelf trotseert… of niet

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Nou juh, ’t is wat…

Pff, totáál voorbij gegaan aan m’n eigen lustrum!!!
Ga taart bakken, slingers ophangen en feestje vieren!

MIDLIFE PLEASURES BESTAAT 5 JAAR!!

Dat vraagt natuurlijk om een ‘jubileum blog’! Ga ik komende week optuigen en zaterdag 11 december met jullie delen!
Voor nu terug naar één van mijn eerste blogs, van december 2016;
nog steeds actueel trouwens…
http://www.midlifepleasures.nl/midlife-issues/tanende-fysiekjes/

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

De oudere partner…

De toon is gezet. Oren gespitst. Heikel onderwerpje.
Maar de perspectieven eindeloos. Míjn partner? Die van een ander? Of ikzelf?
En wat is oud? Ouder dan hij of zij? Oud in jaren of oud van geest?

Huisvrede
Hoef de doelgroep niet te duiden; alles komt samen in die éne ‘oudere partner’!
Eén groep uitgesloten: de partnerlozen. Vanuit verlies, bewust of bevrijd.
Hoewel ik in mijn blog meestal dicht bij huis blijf, laat ik het (strijd)toneel even in het midden. Huisvrede is een kostbaar goed!

Benul
Vraag me af wanneer het besef ontstaat. Kleine irritaties die sluipend uitgroeien tot ergernissen. Ergernissen die gaan over gemis. Gemis van handigheid, daadkracht, schoonheid, snelheid, inzicht, betrokkenheid, potentie, romantiek, empathie, netheid… langzaam klonteren toevalligheidjes samen tot benul. Oorverdovend benul!

Begrip
Waar was de werkelijkheid toen je nog kon ingrijpen en processen omkeren,
of stoppen.
Was het blindheid, dé bijwerking van verliefdheid?
Of gemakzucht, synoniem aan laissez faire??
En wat was de eerste stap? Inzicht, groei, begrip?
Van de ander, of van jezelf??

Gemis
En is elk gemis ook een gemis? Of klonteren er ook ergernissen samen, waardoor je elkaar juist weer vindt in onhandigheid, uitstel, stoffigheid, traagheid, afstand, impotentie, kilheid en zooi?

Zeveren
Pff, waar ben ik aan begonnen?

Waar ligt de lach in dit vraagstuk?
Zit gewoon te zeveren over ‘de oudere partner’!
Verzand in amateuristisch filosofisch gelul zonder humor!!

Kort samengevat
gaat het gewoon over samen ouder worden,
en door (levens)fasen heengaan,
waarin samen soms liefdevol,
soms praktisch en soms eindig is.

Schrijf in de derde persoon en dat is verdacht…
Stel dat ik het zelf ben, die oudere…??

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Vervolg…

Het onderwerp voor mijn blog komt ergens in de week voorbij. En groeit naar het moment dat ik ga schrijven. Kunnen voorvallen zijn, nieuws, of gewoon losse gedachten. Maar het is er en switchen naar een ander onderwerp blijkt best lastig.

Ik had er eentje voor vandaag en ineens kwam daar gisteravond eentje bij.
Die laatste voerde de boventoon, dus zitten en schrijven.
Want daarmee rijg ik losse gedachten, woorden en zinnen aan elkaar tot een (hopelijk) leesbaar geheel.

Maar… het onderwerp blijkt nogal heikel en behoeft ‘garing’. Laat het sudderen, ga schaven, voeg hier en daar een kruidje toe en zet het voor volgende week zaterdag op het menu.
De titel staat vast en zal leiden tot begrip van mijn beslissing: “De oudere partner…

De meeste blogs zijn een momentopname en kennen een vervolg. Wat ik niet altijd deel; uitmelken kan saai zijn, of taai.
Maar
http://www.midlifepleasures.nl/alledag/toeval-bestaat-niet-toch/ (voor wie ‘m gemist heeft), met name de sores rondom de pasfoto voor mijn rijbewijs, kreeg deze week een staartje wat blijft schuren!!
Er was die pasfoto. En, welke (uitéénlopende!) meningen ik ook hoorde, ik vond ‘m vreselijk!

Y gaf de doorslag met zijn nuchtere constatering dat niemand dat ding ooit weer ziet.
Dus dat en, uit verzet tegen de pasfotomafia, gaf ik op het gemeentehuis het misbeeld uit handen en kon niet meer terug.

Enkele dagen later haalde ik m’n rijbewijs en daar stond ik, met een warrig bol nest boven kale oren en vreemd op elkaar geperste lippen, fraudebestendig afgebeeld voor de komende jaren.
Mijn mantra op weg naar huis: “Niemand ziet dat ding ooit weer, niemand ziet dat ding ooit weer, niemand ziet dat ding ooit weer…”
Thuisgekomen werd troostend meegeleefd: “Het valt best mee… tóch??”
Stopte het ding in m’n beurs; prima plek voor de komende tien jaar of tot een (on)verhoopt geval van tasjesroof.
Maar… met een rijbewijs als ID-kaart ontkom je er niet aan: af en toe word ik gedwongen te laten zien dat ik toch écht ik ben!!

Raak er een beetje aan gewend; kijk weg als ze onderzoekend mijn afbeelding met de werkelijkheid vergelijken.
Tot ik me enkele dagen terug in het ziekenhuis moest legitimeren bij de ‘aanmeldzuil’!
Het apparaat slokte mijn rijbewijs op en spuwde het even later uit.
Ineens stond mijn pasfoto bijna levensgroot op het scherm, met de vraag: “Gaat u akkoord met het gebruik van deze foto voor uw medisch dossier?”
Ik kon kiezen, maar overzag de consequenties van keuze ‘Nee’ niet en de tijd drong. Tandenknarsend voor ‘JA!’ gegaan.

Er zou een wet moeten komen: herroepingsrecht voor mijn ‘dwaling’ die foute pasfoto te gebruiken voor officiële documenten. Een herkansing… gratis!!

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Gewoon…

“De gewone mensen”
Hoor het steeds vaker. Dacht eerst dat het enkel politici waren
— toch al van het ‘gewone’ afdwalend in woord en gedrag — die spreken over ‘de gewone man(!)’, ‘de gewone mensen’ of, als ze heel hoog van de toren blazen: ‘het gewone volk’!
Maar het lijkt besmettelijk!! Het wordt gewoon om het te hebben over ‘gewone’ mensen. In talkshows, interviews, cabaret of theatervoorstellingen.  
Dat heeft voordelen; als iederéén het gewoon over gewone mensen heeft, zijn ook ‘gewone mensen’ weer gewoon!
Vormen ze niet meer die aparte groep, waarvan niemand een betere definitie kan geven dan: gewoon!
Maar zover zijn we nog niet.

Nader onderzoek van het begrip ‘het gewone volk’, bevestigt mijn vermoeden van een negatieve ondertoon!
Reeds meerdere eeuwen(!) wordt het gewone volk aangeduid met: gepeupel, plebs, rapaille, schorriemorrie en gespuis!
Niet heel vleiend dus!
— vind gepeupel trouwens wel lekker bekken, net als schorriemorrie —
Mijn verontwaardiging is dus terecht! Maar ook dat is een proces.
Eerst hóórde ik het niet eens, toen ging het me opvallen, toen ging ik erop letten en nu ontsteek ik in woede wanneer ik weer wordt neergezet als ‘gewoon’!! Dat is raar, want eigenlijk wil ik ook gewoon gewoon zijn!

Overweeg om er een issue van te maken!
Wat is de definitie van ‘de gewone mens’? Ben ík een gewoon mens, of val ik buiten de groep van gewone mensen? Want als dat zo is, voel ik mij gediscrimineerd!! En zal ik in actie moeten komen!

Hoe? Dat is een ding!
Wil niet als een blatend schaap — wat dan weer kwetsend kan zijn voor schapen die blaten — met een spandoek mijn boodschap verkondigen; zou een roepende zijn in een woestijn van gewonen.  
Op een grote trekker de A7 blokkeren? Misschien krijg ik wel veel bijval van gewone boeren!
Wil ook geen vlag als ‘gewoon-symbool’ en de afkorting G is al in gebruik om een andere groep de erkenning te geven van ‘gewoon’!

Bovendien word ik ook heel moe van al die mensen die óveral een issue van maken en daar ook persé een podium voor willen.
Facebook is een gewillig medium, maar als ‘sociale’ media verre van sociaal.
Dus roeptoeter ik maar niet dat de uitdrukking “het gewone volk” kwetsend is en verboden moet worden.

Of dat ik vind dat we állemaal gewoon zijn of juist állemaal niet gewoon en dus bijzonder en uniek!
Want wee al die lange tenen en ultrakorte lontjes die zich hierdoor weer onbegrepen voelen en zich verliezen in pissige tot woedende reacties!

“Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg!”
Ik neem het maar gewoon ter harte!

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Toeval bestaat niet… toch?

Het begon allemaal natuurlijk veel eerder.
Alles is onlosmakelijk verbonden in dit universum.
Hoewel ik hier en daar nog wel eens twijfel vanuit agnostische overtuiging, was de samenhang achteraf(!) volkomen duidelijk.

Ergens eind 2020 kom ik er bij toeval(?) achter dat mijn rijbewijs in november 2021 verloopt. “Tijd zát!” schuif ik enige actie, ter voorkoming van een verlopen rijbewijs, terzijde.
De overheid vergeet niets! Dus krijg ik ergens in augustus een reminder over het verlopen van mijn rijbewijs in november.
In augustus is november nog ver weg…
Het RDW fietst op één of andere manier onlosmakelijk(!) mee in het waken over ’s lands burgers en ik krijg ook van die kant een vriendelijk briefje betreffende de eindigheid van mijn roze kaartje.
En zelfs de bank begint te zeuren dat ik straks identiteitsloos door het leven ga en dát heeft pas verstrekkende gevolgen, zo waarschuwen zij!

Eind oktober heb ik een afspraak met mijn kapper. Verheug me altijd op een uurtje gefröbel in mijn haar en een frisse look voor een aantal weken.
De dag vóór de afspraak met mijn kapper staat ’s morgens een plas water in de woonkamer die qua oppervlakte een klein binnenmeer genoemd mag worden.

Over het algemeen komt water op de begane grond van boven en onderzoek wijst uit dat er diverse stromen langs de muur het binnenmeer vullen. Eerste conclusie: hemelwater, aangezien boven de kamer geen waterleiding loopt.
En ja, het kleine kamertje boven de woonkamer staat blank en het water blijft vol enthousiasme met elke nieuwe regenbui uit het plafond stromen.

Er ligt zeil op de vloer; in geval van veel water altijd beter dan hoogpolig tapijt. Daar zit het zeer(de pijn) zeker niet.
Maar alle verhuisdozen, die daar al meer dan 10 jaar staan na de laatste verbouwing, zuigen vol enthousiasme de eerste toevoer op!!

Mocht er een God bestaan: sorry!
Heb hem op velerlei wijzen aangeroepen, waarvan “Godverdegodverdegodver!” de vriendelijkste was.
Oorzaak lekkage: kapotte dakpan, dus makkelijk op te lossen gelukkig.
Gevolg: enorme zooi. Vereist strakke organisatie en ‘loslaten’ van alle nutteloze troep die destijds zonder meer mocht blijven in afwachting van een degelijke beoordeling betreffende nut of emotie.

Terug naar de verbinding: de afspraak bij de kapper blijkt in het water te vallen; het afwenden van een ramp gaat vóór uiterlijk.
Ook de geplande ‘ontruiming’ van onze kampeerplek moet wijken naar een later tijdstip. In eerste instantie lijkt de aansluiting met de overige voorvallen opnieuw toeval(?), maar niets is minder waar!
Gedoemd tot de beslist bijzondere en ook geliefde ‘vakantiekapper’ is de link vakantiekapper – lekkage een feit.
Naast creativiteit is excentriciteit mijn ‘vakantiekapper’ niet vreemd en samen komen wij altijd tot verrassende resultaten. Met mijn aanwijzing “Ik wil het wat langer laten groeien om het nonchalant op te kunnen steken”, gaat hij los! Knippend, touperend, lakkend en met kekke klemmetjes creëert hij een gaaf kapsel, waar ik enthousiast over ben, maar onmogelijk kan reproduceren.

Dusss, als ik dan eindelijk de pasfoto voor mijn rijbewijs (wat inmiddels een week is verlopen) moet laten maken, wil ik de komende 10 jaar met een nonchalant opgestoken kapsel op de pasfoto!
Na het nodige geworstel lijkt het en face ‘onverschillig losjes’ dankzij de nodige lak en is de achterkant een warboel.

Ik fiets (fout) naar de Primera (fout) en vraag aan een opgeschoten knul in Primera-outfit naar de baas van het pasfotohokje.
“Loop maar mee!”, gaat hij me voor. “Daar hangt een spiegel!”, wijst hij.
— moet me tussen postzakken doorwringen en op m’n tenen gaan staan om een blik op mezelf te kunnen werpen —
De wind heeft z’n werk gedaan; wilde pieken zijn de lak ontsnapt!

Hij blijkt de baas van het pasfotohokje en vraagt me op een idioot hoge kruk te gaan zitten in een bezemkast zonder deur. En ik doe het ook nog (fout). “Alle haren moeten achter de oren!”, commandeert de knul.
Dus ‘onverschillig losjes’ verliest volledig z’n waarde!!
“Lippen op elkaar! Kijk in de lens!”

Klik. Klaar!
“Is het zo naar de zin?” In mijn ijdelheid mijn bril thuisgelaten, dus zie enkel rare contouren van een ietwat rood hoofd. “Geloof het wel!”, twijfel ik.
En voor ik het weet sta ik buiten met m’n nieuwe pasfoto’s.
Gebrild bekijk ik thuis het resultaat…
Een warrig bol nest boven kale oren! Bovendien kijk ik helemaal niet blij met vreemd op elkaar geperste lippen.

Wat had een gedegen planning de reeks van gebeurtenissen positief kunnen beïnvloeden en die paskiek kunnen opleveren waar ik over 10 jaar nog blij mee ben… toch? 

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook