Kookpunt…

Ben aan het koken. Y dreutelt om mij heen: “Wat kan ik doen?”
“Niks”, zeg ik. “Ben bezig met een nieuw recept!”
Alsof dat antwoord duidelijkheid verschaft in het afwijzen van enige hulp.
“Zal ik dan vast wat opruimen?”, schampt hij blijmoedig aan de gebruikelijke zooi wanneer ik kook. “Nee! Ik heb álles nog nodig!”, overdrijf ik.
“Ga de hond maar eten geven”. Oftewel: doe even iets anders en niet hier!

“Wat doe je ook weer allemaal door het voer?”
“Hoe vaak heb ik dat al verteld, opgeschreven, klaargezet?” verzucht ik (slechts) lichtelijk geïrriteerd. “Jahaa, maar jij doet het altijd. Ik houd dat allemaal niet bij hoor!”
“Ok, pak even een briefje en schrijf mee!” Afwezig roer ik in een pan.
Ik som de ingrediënten op en bedenk goedmoedig(!) dat het misschien ook wel wat een gedoe is geworden, dat voeren.

“En… wat moet dan eerst??” probeert hij aarzelend.
— iets begint zich te roeren in mijn buik. Ik herken het onmiddellijk, maar weet het te onderdrukken. Niet dat dat helpt; het verspreidt zich als kabbelend vloedje via beide borsten naar mijn schouders en presenteert zich vervolgens aan de buitenwereld als uitwaaierende rode vlek in mijn decolleté —
Nadrukkelijk som ik nogmaals, goed arrrticullerrrend en op volgorde het recept op.
Op afstand hoor ik mompelend gemopper.

Ik reset mezelf en keer mindful terug naar mijn pannen.
Aándacht, daar draait het om met koken. De liefde moet proefbaar zijn in het gerecht.
Ik word weer blij! Hoe zen kan koken zijn?





“Is het niet wat overdreven allemaal? Dat beest proeft het vlees niet meer door al die zooi!”


KADZJENGGG!! Weg toewijding, weg bezieling, weg mindfulness, halló rode bef!
Gelukkig onderken ik tijdig het ultrakorte lontje, wat sinds mijn midlife alleen maar in lengte is afgenomen. Ik onderdruk een stroom ongebreidelde verwensingen en duid liefjes welk pilletje of poedertje hoort bij welk lichaamsdeeltje of aandoeninkje.

Lusteloos kwak ik wat kruiden bij het gerecht; rijst en sla zullen mijn nieuwe probeersel wel redden. Mannenmagen missen de ‘liefde’ in het eindresultaat niet snel — heb het nooit voorbij horen komen als manco —

“Ik heb alles erdoor geroerd, maar nu ligt er nog een pilletje. Weet eigenlijk niet welke dat is!”

In stilte eten wij de maaltijd. De enige die onbekommerd en volledig zen geniet van alle heerlijkheden in haar bak, is onze hond!

Jeanette

Leuk als je dit verhaal deelt met wie je een midlife pleasure momentje gunt!
Makkelijk, via onderstaande links of facebook!

4 reacties

Naar het reactie formulier

  1. Hahaha, o.k? Hier ook altijd een briefje als ik ga werken ’s avonds. U heeft gepoept en geplast, B heeft alleen geplast, beiden niet gegeten. Ja en dan nog met een pijl. Want als ik het eten er niet bij zet, dan krijgen ze dus niets…. Zo ook met medicatie?
    ( doosjes liggen voor zijn neus op de kast in de keuken, ?)

    1. … hahahaha, hoe herkenbaar!! Vooral die extra pijl! Ergens hebben we toch iets verkeerd gedaan…

    • Yvonne Claassen-Thiers on 8 november 2018 at 16:59
    • Beantwoorden

    Ik herken vooral de eerste alinea. Zo lastig als je getrouwd bent met iemand die verantwoordelijk was voor de keuken in ons restaurant!

    1. Kijk, dan ligt het ‘kookpunt’ écht ergens anders… gewoon weer doorgeven, die pollepel!!

Geef een reactie

Your email address will not be published.